Dank je Paul, dank je Lieven!
door Steve Aernouts

De blik van een bescheiden medemens blijft me, op één of andere manier, ontroeren.
Dat dacht ik toen de man een espresso bestelde die hij graag wou meenemen. Ik zette mij aan de tegemoetkoming van zijn wens. Deze routineuze handeling werd onderbroken doordat er plots een gedachte naar mijn brein schoot die me meldde dat ik deze man al eens eerder gezien had.
Ik draaide me om en vroeg: ‘bent u toevallig Paul’. ‘Euh ja, stamelde de man, me licht verbaasd aankijkend. Ik maakte aanstalten hem de gewenste espresso te overhandigen toen ik mezelf plots: ‘Paul de Hert?’ hoorde vragen. Ik was verbaasd waar die naam vandaan kwam, want hij floepte uit mijn mond voor ik het zelf door had. De man schrok een beetje, en onhandig, maar heel lief bevestigde hij dat inderdaad Paul de Hert is.
Ik glunderde van blijdschap en dat liet ik hem ook duidelijk merken. ‘Paul’, zei ik, ‘ik wil je graag bedanken voor al uw nuance in uw interview bij Tegenwind. Ik had het nodig, echt die binaire wereld, die gaat me niet goed af. Uw genuanceerdheid was en is zo hard nodig. Echt, neem die espresso maar mee. Je hoeft niet te betalen, en kom er elke week maar eentje halen, gratis’. Hij keek me nog altijd verbaasd aan en stamelde: ‘dat is leuk, en onverwacht. Dit had ik niet zien aankomen. Dank u wel, echt.’
Deze man had duidelijk wat stormen doorstaan voor zijn genuanceerdheid. Ik keek hem aan en was wederom gecharmeerd door de bescheidenheid die hij uitdroeg. Heel lief, en zelfs een beetje verlegen aanvaardde hij mijn complimenten en vertrok. Het toeval wou dat ik diezelfde week ook Lieven Annemans ontmoet had. Ook die goede man had me getroffen door zijn zachtmoedige en bescheiden zelf.
En toen dacht ik aan al die klassen die ik bezocht had in menige scholen. En hoe daar de luidste schreeuwers altijd het meeste aandacht kregen, en de stille kinderen het minste. Zij die iets of wat van de stoutere mensensoort waren, konden voortdurend rekenen op aandacht. De kinderen die meer een verlegen aard hadden, konden nauwelijks rekenen op aandacht. In stilte dachten ze na over de dingen, maar ze voelden niet de behoefte op tafels te springen om hun gedachten kenbaar te maken.
Ik vroeg me af hoe de wereld er zou uitzien als we aan die verlegen kinderen zouden vragen wat er in hen omgaat. Hoe zij de dingen zien. Welke oplossingen zij in zich meedragen.
En dan bedacht ik me dat de wereld in het klein, er net zo uitziet in het groot. Het zijn nog altijd de hardste schreeuwers die het meeste aandacht genieten. Het is nog steeds zo dat de ongenuanceerde medemens die liefst wat scheldt en kwetst, met voorsprong het meest opgevoerd wordt in kranten en op televisie. Het is de cynische medemens met licht narcistische trekjes wiens mening continu gevraagd wordt en waar hele beleidsplannen op geënt worden.
Ik zou graag in een wereld leven waarin eerlijke, waarheidszoekende, bescheiden mensen de tijd en ruimte wordt gegund hun nuances te delen met ons allen. Zonder dat ze overschreeuwd worden door cynische klootzakken wiens portefeuilles gevoed worden om ons lastig te vallen met hun enge wereldbeelden waar liefde en nuance vrijwel onbestaande lijkt.
Dus dank Paul en dank Lieven, om me te herinneren aan de kracht van een zoekend mens. Ooit komt de tijd dat jullie licht nog meer kan stralen, omdat dat nu éénmaal de weg is die we gaan inslaan.
Geduld, lieve mensen, geduld. En blijf ondertussen jullie mooie zelf, het is zo nodig.