top of page

De betekenis van Tucker Carlson

De hele wereld geeft commentaar op en speculeert over het abrupte vertrek van voormalig Fox-commentator Tucker Carlson bij het televisienetwerk. Hoe belangrijk was en is Carlson?


Ik ken de 'inside story' niet die heeft geleid tot de beslissingen van Fox of Carlson. Carlson is wijselijk aan het nadenken over zijn toekomst, en tegen volgende week zal de nieuwsfocus ongetwijfeld verschoven zijn; het heeft dus weinig zin mijn eigen theorieën toe te voegen aan de commentaren.


De strenge, openbare waarschuwingen in maffioso-stijl van senator Charles Schumer (DN.Y.) en anderen aan de Murdochs zullen er wel voor iets tussen gezeten hebben. Er werd hen onder meer op gewezen dat ze een ‘verraderlijk spel speelden’ door Carlson’s eerste aflevering van programma’s over 6 januari uit te zenden, en dat zal wel voor enige opschudding bij het Fox management gezorgd hebben. Ik herken een politieke vergeldingsdreiging als ik er een hoor:

Wat ik nu wél wil doen, is aanstippen hoe belangrijk de stem van Tucker Carlson is geweest, in ieder geval voor uw door de wol geverfde dienaar, en old-school Liberal, met hoofdletter ‘L’.


Meneer Carlson en ik brachten het grootste deel van onze carrières door met zowat niéts op één lijn; tientallen jaren lang namen we vijandige plaatsen in op het openbare schaakbord. Hij ging er van uit dat ik de karikatuur was van de krijsende, irrationele en linkse feministe – een mening waarvoor hij intussen zo vriendelijk was zich in het openbaar te verontschuldigen – en ik van mijn kant was bereid te accepteren dat hij het lompe, seksistische, racistische, homofobe studententype was, zoals de progressieve nieuwsuitzendingen meedogenloos volhielden. Ik keek bijna nooit naar zijn show, dus mijn vooroordelen konden ongecorrigeerd floreren.


Waarom haat een bepaalde elite Tucker Carlson?


Dat gezegd zijnde, vond ik het vreemd dat iedereen om me heen in de media van de ‘liberale elite’ hem zo geweldig haatte – zoals ze president Trump haatten; maar dat ze geen concrete redenen konden geven toen ik daar op aandrong. Als mijn liberale vrienden en geliefden met hun ogen rolden en 'Tucker Carlson' uitspuugden, alsof die naam op zich al voldoende was, plaagde ik vaak: 'Wat? Waarom? Wat bracht hij bij hen teweeg?" Ik heb nooit een goed antwoord gekregen.


Dus zelfs op het hoogtepunt van zijn demonisering door links - ook toen ik zelf nog links was - behield ik een open geest. Misschien komt dat omdat ik, in beperkte mate, herken waar hij vandaan komt. We komen allebei uit vergelijkbare situaties. We zijn allebei opgegroeid in Californië in de jaren zeventig (hoewel ik zes jaar ouder ben), een Californië dat heel divers was en toch grotendeels vredig en hoopvol, vergeleken met het huidige; met redelijke kranten en fatsoenlijk openbaar onderwijs. Het was een staat doordrenkt met zonneschijn en optimisme; bereid tot dialoog en met verstandige plannen voor de toekomst.


Zonnig en hoopvol Californië


Californië was in die tijd de meest meritocratische staat van de VS. Ondanks opvallende omwentelingen – de LGBTQ-beweging die aan kracht won in de ‘Bay Area’, de vrouwenbeweging die vocht voor toegang tot voortplantingsrechten,

immigrantenarbeiders die opkwamen voor betere omstandigheden – hadden we geen reden om aan te nemen dat mensen van verschillende rassen of politieke standpunten of geslachten niet met elkaar zouden kunnen opschieten, of in ieder geval hun verschillen zouden bespreken. We zouden het zeker racistisch hebben gevonden om aan te nemen dat immigranten of mensen van kleur niet volledig op eigen kracht zouden kunnen slagen.


Het systeem van de Universiteit van Californië zorgde in die tijd voor uitstekend, bijna gratis onderwijs. Het was bijna grotendeels niet-blank. Prestigieuze openbare middelbare scholen zoals die waar ik op zat waren zelfs voor een meerderheid niet-blank, dus het was belachelijk om te veronderstellen dat mensen van kleur of immigranten niet zouden kunnen gedijen in onze bestaande, zelfs onvolmaakte, meritocratieën. Ze waren overal om ons heen succesvol.


We werden allebei vanuit deze vroege ontspannen, hoopvolle achtergrond naar de broeikassen van rigoureuze, rigide instituten aan de oostkust gestuurd - hij naar een middelbare school en vervolgens naar Trinity College, ik naar Yale (en vervolgens Oxford). Misschien hebben we allebei onze West Coast-scepsis over de onzin en pretentie van de East Coast (en Europese) mondiale elites met ons meegebracht.

Ik was er ook nooit helemaal van overtuigd dat hij de vermeende belichaming van puur kwaad was, omdat ik nog steeds een herinnering had aan zijn verblijf in het Washington DC van de jaren negentig, in een tijd voordat er extreme karikaturen van de beide 'kanten' werden gecreëerd.


Washington in de jaren '90


Eind jaren negentig deelden we een sociaal milieu; hoewel we geen vrienden waren, circuleerden we in parallelle kringen in Washington, in een tijd waarin hij redelijk vreedzaam bij de ‘Wekelijkse Standaard’ en andere conservatieve titels publiceerde.

Het sociale leven was in die tijd een Venn-diagram in DC, voor experts van alle leeftijden, zowel links als rechts. We kwamen allemaal langs bij dezelfde cocktailparty's in Georgetown, zaten in dezelfde bars in Dupont Circle en genoten van nachtelijke feesten in dezelfde eenvoudige Ethiopische restaurants in Adams Morgan.


Transparantie leidde tot sociale ontmoetingen, en partijdigheid was nog niet het dodelijke tribalisme dat het later zou worden. Sally Quinn, echtgenote van de voormalige hoofdredacteur van de Washington Post, de gastvrouw die in de jaren negentig oppermachtig was, prikkelde de gasten van de Clinton-administratie tijdens haar bijeenkomsten in een met antiek gevulde, weinig verlichte voorkamer in Georgetown, met de hulp van provocerende Republikeinse beroemdheden. De spanning tussen commentatoren of apparatsjiks van verschillende 'teams' zorgde ervoor dat het gesprek sprankelde, en voor de gesprekspartners van de twee partijen maakte het dat derde glas Pinot Grigio aangenaam gevaarlijk.


Het was een tijd waarin links en rechts de ouderwetse hapjes van mevrouw Quinn konden waarderen. Quinn gaf een korte geschiedenis van de achteruitgang van de socialisatie van het Washingtonse Establishment, die ze lange tijd de schuld heeft gegeven van een groot deel van de diepgewortelde partijdige vijandigheid die nu de Amerikaanse politiek domineert. ... Destijds, zei ze, was er een gemakkelijke, tweeledige vermenging van 'permanent Washington' en gekozen ambtsdragers.”


Dit informeel contact achter de schermen was goed voor het land, en dat was een van de redenen dat patriottische gastvrouwen zoals mevrouw Quinn het organiseerden.

Zelfs meer onbezonnen, nieuwere gastvrouwen, zoals de bruisende Arianna Huffington, beheersten die kunst. Zo verzamelde ook zij, in haar eigen salons, schitterende vertegenwoordigers van beide partijen, zodat er “niets saai zou zijn, schat”, zoals ze zelf zou zeggen.


De CNN-show ‘Crossfire’, met twee beschaafde tegenstanders, was de allegorie van die tijd. James Carville en Mary Matalin, met hun sexy tegengesteld karakter, waren het iconische koppel van het moment.

Punt en contrapunt werden toen nog gretig gevolgd; direct, burgerlijk, goed geïnformeerd debat werd nog steeds als waardevol, verhelderend en een fascinerende sport beschouwd.


Ik herinner me DC in de jaren 1990 zoals Tucker Carlson het zich waarschijnlijk ook herinnert: een tijd en plaats voor jonge, ambitieuze intellectuelen, of jonge, onbezonnen, publieke figuren (zoals we toen allebei waren), waarbij eerlijk onderzoek, de ernst van een interview en het respect voor de verifieerbare waarheid allemaal als vanzelfsprekend werden beschouwd. Iets wat journalisten en commentatoren absoluut moesten nastreven.


Aan welke 'kant' we ook stonden, wij journalisten en commentatoren waren allemaal trots op die missie. Waarheid bestond. We zouden haar opsporen, bij de gratie Gods, en ervoor vechten. Journalisten moesten de staat uitdagen en niet klakkeloos de persberichten van presidenten of woordvoerders van het Witte Huis – of bedrijven – als dictaten beschouwen. Ze moesten bewijs verzamelen en het spel eerlijk spelen. We gingen ervan uit dat deze behoefte die ons beroep zou moeten vervullen - aan serieus openbaar onderzoek, intens openbaar debat – onontbeerlijk was in een republiek. We gingen ervan uit dat deze fundamentele onderbouwing van onze rol als journalist door onze samenleving altijd als waardevol zou worden beschouwd; dat de ethiek van journalisten en commentatoren in Amerika eeuwig zou duren; dat deze ethiek ons zelfs zou overleven, zoals ze president Jefferson had overleefd.


Great Barrington


Het mag dus niet verbazend heten dat ik, rond maart en april 2021, toen ik een Fellow was bij AIER in Great Barrington (thuisbasis van de Grote verklaring van Barrington)- vragen begon te stellen over de bijwerkingen die vrouwen ervoeren met het mRNA-vaccin, en ook vroeg waarom onze rechten van het eerste en vierde amendement werden opgeschort; waarom we allemaal onder de noodwet werden verplicht binnen te blijven, waarom kinderen werden gemaskeerd met weinig wetenschappelijk bewijs om deze beledigende praktijk te ondersteunen, en waarom zwangere vrouwen werd verteld dat de injecties veilig waren terwijl ik geen gegevens vond om die bewering te staven - dat de boekingsagent van meneer Carlson contact met mij opnam.


Ik verscheen vanaf dan een paar keer in zijn show om mijn zorgen te uiten.

Meteen ging de linkse ‘waakhond’ Media Matters’ – gerund door iemand die een vroegere kennis, zelfs een vriend van ons in DC was geweest, de voormalige conservatief die Democraat was geworden, David Brock – agressief achter me aan, met een systematische Matt Gertz

karaktermoord op Twitter en op de Media Matters-website, ontwikkeld door CNN-verslaggever Matt Gertz- een "journalist" die feitelijk werd gefinancierd om gasten op Fox News op te sporen en aan te vallen: "Fox blijft pandemische samenzweringstheoreticus Naomi Wolf hosten”.'


In zijn stuk hekelde Gertz mijn waarschuwing dat vrouwen die het mRNA-vaccin hadden gekregen menstruatieproblemen hadden, en het feit dat zelfs vrouwen in de buurt van gevaccineerde vrouwen menstruatieproblemen ondervonden. (Deze vorm van "shedding" via inademing wordt bevestigd in de documenten van Pfizer.)

Gertz deed meerdere onafhankelijke rapporten over menstruatieproblemen van vrouwen af als "vermeende rapporten". Hij dreef de spot met de getuigenissen van vrouwen over hun eigen symptomen, en met de ‘lange geschiedenis in de misdaden van de geneeskunde en de farmaceutische industrie tegen vrouwen’ - en hij noemde mijn tweet ‘schandelijk’; een tweet die meldde wat we nu, via een rechtszaak, zeker weten: dat het Witte Huis, de CDC, DHS, Twitter en Facebook illegaal hadden samengespannen om tegenstanders te framen en te besmeuren.


Gelet op de keuze van deze ene (nauwkeurige en belangrijke) tweet uit duizenden van mijn berichten op Twitter kan het goed zijn dat Matt Gertz heeft gehandeld als een handlanger voor deze onwettig samenzwerende belangen, tot eeuwige schande en schade van wat zijn ethiek als journalist had moeten zijn. Zijn stuk, waarin hij me een 'complottheoreticus' noemde, heeft veel bijgedragen aan mijn latere desavouering door het Witte Huis, in samenwerking met Twitter en de CDC, en de daaropvolgende reputatieaanval, die zich wereldwijd verbreidde en leidde tot mijn massale verdrijving van legacy media en mijn voormalige gemeenschap ter linkerzijde.



Het veroordeelde ook miljoenen vrouwen tot ontregelde menstruatiecycli en onvruchtbaarheid, doordat de opkomende discussie over het onderwerp het zwijgen werd opgelegd. Moedersterfte is nu met 40 procent gestegen als gevolg van de verminderde vruchtbaarheid van

Democraat David Brock vrouwen na mRNA-injectie. Er worden een miljoen baby’s minder geboren in Europa. Geweldig werk, heren Gertz en Brock. Jullie zullen de schade die jullie aan vrouwen en baby's hebben toegebracht meenemen in jullie graf.


Maar nadat ik in het programma van Carlson was verschenen om deze en andere reële zorgen aan de orde te stellen, werd ik ook onophoudelijk gebombardeerd met negatieve opmerkingen vanuit mijn eigen 'kant'. Waarom? Omdat ik met Tucker Carlson had gesproken. Dat was letterlijk hoe ze mijn 'misdaad' verwoordden.

Dit was de eerste echte confrontatie die ik had met de onredelijkheid en het sekteachtige denken dat mijn 'team' overspoelde. Ik bleef berichten, e-mails, privéberichten en directe aanvallen per telefoon ontvangen, van vrienden en geliefden en zelfs familieleden.


Hoe kun je met Tucker Carlson praten?


Ik merkte met bezorgdheid op dat ze niet zeiden dat ik ongelijk had, of dat mijn beweringen ongegrond waren, of zelfs maar dat mijn beweringen ongegrond waren. Ze gingen niet in op de misdaden tegen vrouwen en baby's die ik aan het ontdekken was; informatie die ik deelde met de hulp van Carlson’s platform. Over deze misdaden bleven alle mannen en vrouwen ter linkerzijde, die verondersteld werden zo’n fervente feministen en pleitbezorgers voor vrouwenrechten te zijn, oorverdovend stil.


Mijn toekomstige voormalige vrienden en collega's herhaalden gewoon keer op keer, alsof het vanzelfsprekend was, dat ik mezelf op een permanente en onvergeeflijke manier in diskrediet had gebracht door te spreken met Tucker Carlson.

(Het enige andere grote platform dat openstond om te horen wat ik vond, was natuurlijk WarRoom van Steve Bannon. Ik begon ook op WarRoom te verschijnen, wat leidde tot een nieuwe golf van geschokte privéberichten en e-mails van mijn vrienden en geliefden, die inmiddels snel afstand van mij namen. “Hoe kun je nu met Steve Bannon praten? ”)


Zo kon ik niet anders dan het alarmerende bewijs onder ogen zien dat links nu vond dat iemand die met de oppositie ‘praatte’, op magische wijze plots besmet en besmettelijk was. Ik was volgens hen op een antropologische manier nu volkomen onwaardig, op basis van een of andere pre-rationele geloofsmatrix uit het stenen tijdperk.

Ze behandelden me wegens mijn contacten met Carlson en Bannon alsof ik mijn ‘ik-ben-een-goed-mens’ lidmaatschapskaart aan het verbranden was, in een soort openbaar ritueel van opoffering, en dat ik dus ver van de progressieve gemeenschap zou moeten worden verbannen en volledig zou moeten worden weggehoond van de gezellige warmte van progressieve kampvuren. "Onrein! Onrein!"


Ben Dixon, van links, beweert dat “ik geen feministe kan zijn, want ze praat met Tucker Carlson" die "100 procent een antifeminist is". Hij valt naar eigen zeggen “de bullshit” van Naomi Wolf en Tucker Carlson aan.“ "BS”, waarin ik waarschuwde dat we op weg waren naar een on-Amerikaanse tweeledige discriminatiemaatschappij op basis van vaccinatiestatus.


Is waar ik voor waarschuwde uitgekomen? Jawel:



We werden aangevallen - ik werd aangevallen – voor dingen die uitkwamen. We voorspelden in 2021 dat autoritaire leiders geen afstand zouden doen van noodbevoegdheden. Is ook deze voorspelling uitgekomen? Ja!

Had links een dergelijke discussie moeten steunen in plaats van bespotten? Zelfs de meesten van hen moeten inmiddels beseffen dat het antwoord volmondig moet luiden: ja!


De verontwaardigde reacties van iedereen die ik kende om 'met Tucker Carlson te praten', vervulde mij op mijn beurt met afschuw, omdat praten met mensen met wie ik het niet eens ben één van de belangrijkste manieren is waarop ik ooit iets heb geleerd en, bij uitbreiding, waarop eender wie ooit iets heeft geleerd. En ik schrok er ook van omdat ik graag mijn levensreddende informatie zoals gewoonlijk naar CNN en MSNBC had gebracht – naar al deze zelfverklaarde “feministen”… maar ze wilden er niets van weten.


Het beangstigde me vooral omdat links zo was afgeweken van de post-Verlichtingsmaatstaf "is het waar?" om terug te keren naar een pre-rationele maatstaf van "is dit waar binnen onze stam, volgens onze rituelen en onze sekte?" En omdat ik uit mijn geschiedenislessen wist hoe rampzalig dat soort denken afloop.


Er was me vanalles verteld over Tucker Carlson


Rond die tijd keek mijn man naar het programma van Tucker Carlson. Ik merkte dat ik oorspronkelijk golven van vooroordelen en wurgende angst ervoer toen ik ook naar zijn show begon te kijken. Tot mijn verdriet ontdekte ik dat veel van zijn monologen voor mij logisch waren. Ze waren over het algemeen niet onredelijk en ze waren niet vervuld van haat; integendeel.


Er was mij wijsgemaakt dat hij racistisch was. En inderdaad, ik deinsde terug voor zijn kenmerkende gegiechel terwijl hij de spot dreef met het epitheton "racistisch!' Maar nu ik mezelf echt dwong te luisteren, ongemakkelijk zittend en vol voorgeprogrammeerde afkeer, en nu ik mijn eigen reacties observeerde (zoals de boeddhisten iemand aansporen te doen), realiseerde ik me dat hij in feite geen racist was, en is.

Tucker Carlson vestigde gewoon de aandacht op de manier waarop identiteitspolitiek ons voormalige ideaal vernietigde - dat in de jaren zeventig door de meesten van ons, Californische kinderen en tieners, werd gedeeld: dat we allemaal in de eerste plaats Amerikanen waren, die gelijke kansen verdienden, niet gelijkheid van resultaat. Terwijl ik luisterde, besefte ik dat zijn verhalen over immigratie niet anti-immigrant waren, zoals mij was verteld; maar eerder dat hij de aandacht vestigde op de bedreigingen voor de veiligheid en het sociale welzijn van de natie door massale, onbeperkte, onwettig immigratie over een open zuidelijke grens, een mening die door veel legale immigranten wordt gedeeld.


Ik leerde dat hij niet echt transfoob was, zoals mij was verteld; maar eerder dat hij een licht wierp op de minderjarigen die plots het gemakkelijke doelwit waren geworden van scholen en de farmaceutische industrie, die hen proberen te overwegen om radicale geslachtsoperaties te ondergaan voordat ze volwassen genoeg waren om zelf zulke belangrijke beslissingen te nemen.


Hoewel ik het vaak nog steeds met hem oneens was, merkte ik dat zijn redenering transparant was - een zeldzaamheid tegenwoordig - en dat hij altijd terugkeerde naar die ouderwetse, gezonde basis voor zijn conclusies: "Dit is gewoon waar." Hij had vaker wel dan niet een punt.

Dat merkte ik ook terwijl ik Twitter scande op wat ik aanzag als steeds meer bewijs van gebreken in het ‘verhaal’ over COVID en ‘lockdown’, dat we allemaal kregen in de eerste helft van 2020. De links die ik regelmatig post, leveren het primair bewijs van fraude in de PCR-tests, een gebrek aan transparante datasets in de COVID-dashboards, getuigenissen van een OSHA-expert over schade aan kinderen door maskers, onwaarheden in de beweringen van de New York Times over infecties in restaurants en scholen en 'asymptomatische verspreiding', enzovoort - bewijs dat ik later in mijn boek uit 2021 ‘De lichamen van anderen: COVID-19, de nieuwe autoritairen en de oorlog tegen de mens’. Nu bleek dat er absolute stilte heerste vanuit mijn eens zo robuuste en responsieve netwerk van progressieve mediaproducenten, redacteuren, journalisten en boekingsagenten.


Stilte ook van de Amerikaanse tv-netwerken. Stilte van de Washington Post. Stilte van NPR. Stilte van de BBC, de Londense Sunday Times, de Daily Mail, mijn betrouwbare voormalige ijkpunten. Zelfs stilte van andere buitenlandse nieuwszenders. Die waren allemaal tot 2020 blij geweest om te kunnen reageren op wat ik stuurde, om mijn bijdragen te publiceren, of om me te boeken om te spreken over dingen die ik had doorgestuurd of gepost naar hun producenten of redacteuren.


Alleen Eldad Yaron, de uitstekende producent van Tucker Carlson, reageerde op de links die ik hem stuurde en nodigde mij zelfs uit er meer te sturen. En toen besefte ik dat deze twee mannen, Carlson en Bannon, beide onwrikbare conservatieven van wie mij was verteld dat ze allebei het gereïncarneerde kwaad vertegenwoordigden, de beheerders waren van de enige grote platformen die geïnteresseerd waren in het harde bewijs van de grootste misdaad in de geschiedenis en van de directe dreiging voor onze Republiek, waarvoor ik waarschuwde. Elk ander nieuwskanaal, allemaal aan de liberale kant, stormde inderdaad halsoverkop de zee van leugens in en voer erop dankzij een wind van leugens en uitvluchten. Dus alleen zij, samen met een paar andere kleinere onafhankelijke media, waren in staat om hun publiek een waarheidsgetrouw beeld te geven van de verschrikkelijke bedreigingen waarmee hun kijkers en onze Republiek worden geconfronteerd.


Terug naar de Tucker Carlson in het heden, en waarom ik hem waardeer en hoop dat zijn stem nog assertiever dan voorheen op het nationale en mondiale toneel zal klinken.

Ik ken hem niet persoonlijk - we hebben elkaar maar één keer ontmoet, voor zover ik weet - toen mijn man Brian O'Shea en ik Carlson’s huiselijke studio vol Americana bezochten in een klein stadje op het platteland van Maine. Maar, afgezien van al onze meningsverschillen, is dit naar mijn mening de reden waarom zoveel mensen zijn berichtgeving gedurende de afgelopen drie jaar als absoluut cruciaal voor ons voortbestaan hebben gezien – en waarom zoveel democraten en onafhankelijken, waaronder ikzelf, in het geheim of niet, kijken en hem ook waarderen:

Carlson bevraagt de huidige waanzin vanuit dezelfde ouderwetse, diep-Amerikaanse uitgangspunten die mij hebben gevormd, en die ook de laatste overgebleven echte liberalen hebben gevormd.


Hij weigert een Amerika los te laten dat journalisten feitelijk vasthoudt aan de praktijk van de journalistiek.


Ik deel die verontwaardiging en die nostalgie. Velen doen dat. Hij lijkt erop te staan dat niemand vergeet dat Amerika iedereen als gelijk zag op basis van 'de inhoud van hun karakter'. Ik, met velen, deel de pijnlijke herinnering aan nationale eenheid rond ras, ook al erkennen we dat de raciale geschiedenis van onze natie veel tragedies heeft gekend. Carlson zal de herinnering aan een Amerika waarin kinderen veilig waren op school en ouders bepaalden wat er met hun kinderen gebeurde, niet loslaten. Ik, en velen met mij, deel deze basiswaarden en ben doodsbang dat ze worden aangevallen. Carlson dringt aan op patriottisme, in een tijd van meedogenloze propaganda en omkoping door een elite die ons allemaal aanspoort om nationale identiteiten, culturen, grenzen en zelfs loyaliteiten te laten vallen. Vooral die laatste eigenschap maakt Carlson gevaarlijk, aangezien onze natie nu volledig wordt geleid door die elite.


Al deze gevoelens zijn zeer nostalgisch - maar ze zijn ook wat moet worden bewaard en beschermd als herinneringen en als onderdeel van de kernwaarden van ons geloofssysteem, als we ooit onze Republiek - en ons fatsoen - in de toekomst willen herwinnen.


Dus – mijnheer Carlson - bedankt dat je om vrouwen en baby's geeft, bedankt omdat je een van de eersten was, samen met meneer Bannon, om me een platform te geven om een levensreddend alarm te slaan over bedreigingen voor beiden. Bedankt voor je hardnekkige nostalgie over een natie die raciaal optimistisch is. Bedankt dat je bereid bent om te praten met degenen met wie je het niet eens bent. Bedankt voor het niet opgeven van godsdienstvrijheid of het Eerste Amendement. Bedankt dat je volhoudt dat waarheid ertoe doet.


En bedankt voor het niet opgeven van de mooiste idealen van onze natie.Vroeger noemden we het geheel van al die idealen geen 'complottheorieën'. Vroeger noemden we ze gewoon ‘Amerika’.

1.035 weergaven1 opmerking

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page