Sam Brokken over handeltje in auteurs bij academische studies
"Ce fut en effet une grande source de désillusion lorsque j'ai constaté et compris comment fonctionnait la carrière académique. Publish or perish."
DR Bernard Rentier
Deze boodschap viel ons op bij een post op social media. Prof. Bernard Rentier, voormalig rector van de Universiteit van Luik, sprak de woorden uit naar aanleiding van een artikel in Journaals.sagepub.com. We kunnen het vertalen als: "Het was inderdaad een grote ontgoocheling toen ik zag en begreep hoe een academische carrière werkte. Publiceren of ten onder gaan."

Het spel van citeren en auteurschap in academische tijdschriften: een gevaarlijke tendens uit de geneeskunde.
Het aantal publicaties van wetenschappers telt meer en meer mee als waardemeter bij wetenschappelijke publicaties. Het heeft zelfs de kwalitatieve beoordeling van artikelen die bij tijdschriften worden ingediend, door peer review ondermijnd.
De twee zouden heel goed naast elkaar hebben kunnen bestaan als de meest gebruikte indicator, citaten, waarop de impactfactor van tijdschriften is gebaseerd, niet zo vatbaar was geweest voor "gaming".
Auteursplaatsen gekocht en verkocht
Het artikel geeft weer hoe het spel tegenwoordig wordt gespeeld. Veel auteurs in de geneeskunde hebben geen noemenswaardige bijdrage geleverd aan het artikel dat hun naam draagt, en degenen die de grootste bijdrage hebben geleverd, worden vaak niet als auteur genoemd. Auteursplaatsen worden openlijk gekocht en verkocht. Het probleem wordt vergroot door de academische uitgeversindustrie en door academische instellingen, die graag doen alsof peer review de wetenschap beschermt.
De redacteuren van de belangrijkste medische tijdschriften zijn daarentegen vernietigend over de ineffectiviteit van peer review in de geneeskunde. Andere disciplines zouden hier nota van moeten nemen om niet te vervallen in het moeras waarin de geneeskunde wegzinkt.
Drs. Sam Brokken reageert.
Het gefoefel met auteurs in peer-reviewed publicaties

Onlangs vroeg iemand waarom de Belgische Universiteiten zo hoog scoren in de ranglijsten. Het is alvast niet om hun kwaliteiten en aanmoedigingen om echt verkennende wetenschap te realiseren. (hypotheses mogen niet meer, redeneringen opbouwen ook niet, het moet al bewezen zijn voor het verschijnt, einde kritisch denken).
Die ranglijsten zijn voor een groot stuk bepaald door het aantal publicaties per auteur/universiteit en de impactfactor van de ‘journal’.
De kunst bestaat er dus in om zoveel mogelijk namen ‘mee te laten tekenen’ bij publicaties want dit telt voor elke auteur mee.
Onze universiteiten blinken er in uit om vaak een tiental (of meer) auteurs te laten meetekenen. Veelal weten de zogenaamde auteurs niet waar het stuk over handelt. Erger nog, en dat kan je hieronder ook lezen, vaak worden ‘ghostwriters’ ingehuurd om auteurs aan publicaties te helpen. In België van belang om hun ‘professoraat’ in ere te houden.
Vooral in de medische wetenschappen is dat zeer gangbaar. De meerderheid van de artsen in universitaire ziekenhuizen dragen de titel professor, hoewel een grote hap hiervan na het behalen van hun doctoraat zelden nog onderzoek uitvoert.
Daardoor puilen de Belgische universiteiten uit in het aantal professoren, en dat trekt geld aan. Toen ik in de UK ging studeren aan de faculteit Health and Social Sciences hadden we voor die ganse faculteit amper een vijftal profs.
In Angelsaksische landen wordt je pas hoogleraar als je 10 jaar na het behalen van je doctoraat nog aan baanbrekend onderzoek bezig bent (tenure track systeem). En je moet je blijvend onderscheiden met onderzoek doorheen je carrière.
Ze konden in de UK niet geloven wat ze zagen toen ik hen de websites van Belgische universitaire ziekenhuizen liet zien.
Zo ook moet je in België een Master halen of je hebt geen ‘volwaardig’ einddiploma aan de universiteit. Dat bestaat in het buitenland ook helemaal niet. Daar studeer je zelfs als arts af met de titel Bachelor. Een master is daar een opstap naar zelfstandig wetenschappelijk onderzoek.
België viert dan ook hoogtij in zijn eigen absurdisme, aldus Sam Brokken.